Nieuwe richtlijnen NAMS

Hier een overzicht van de meest belangrijke punten die zijn besproken over de nieuwe koers in het beleid van de NAMS (vereniging van Amerikaanse gynaecologen die zich met de menopauze bezig houden) ten aanzien van hormoongebruik in de overgang. Interessant voor de geïnteresseerde lezer.

De EMAS (Europese gynaecologen organisatie van de menopauze) heeft deze punten inmiddels overgenomen. Het oude statement uit Amerika was alweer 5 jaar oud. De aanbevelingen gaan deels duidelijk verder dan wat wij in de gynaecologische Menopauze Management richtlijn in Nederland hanteren.

Kort samengevat de belangrijkste vernieuwingen in de Amerikaanse richtlijn:

  1. ‘Voorschrijven van hormonen in de laagste dosering voor een zo’n kort mogelijke tijd’ wordt verlaten en vervangen door ‘de benodigde dosering voor de vrouw om de klachten te verminderen, de duur die nodig is en de route van toediening die de patiënt prefereert’.
  2. Hormoongebruik hoeft niet meer routinematig met 65 jarige leeftijd gestopt te worden maar kan gecontinueerd worden ná zorgvuldige informatie en overleg bij aanhoudende overgangsklachten. Dit ter behoud van de kwaliteit van leven en/of ter preventie van osteoporose (botontkalking).
  3. Hormoonbepaling uit speeksel wordt niet aanbevolen omdat deze tests nog geen betrouwbare resultaten leveren.
  4. Het niet behandelen met hormonen, van een vroegtijdige menopauze (start voor 40 jarige leeftijd) verhoogt het risico op hart- en vaatziekten, dementie, herseninfarct, Parkinson, oogaandoeningen en ook de overall sterfte is hoger. Een vroegtijdige overgang moet dus behandeld worden ook zonder klachten.
  5. Hormoongebruik verhoogt het risico op droogheid van de ogen maar verlaagt het risico op cataract (grijze staar) en glaucoom.
  6. Start van hormoongebruik vóór 60 jaar en binnen ongeveer 10 jaar na de menopauze, verlaagt significant de overall sterfte en geeft geen verhoogde kans op een herseninfarct.
  7. Een hormooncombinatie van oestrogenen en progestagenen (zoals gebruikt in Amerika) verhoogt het risico op borstkanker na meer dan 5 jaar gebruik met minder dan 1 per 1000 hormoongebruiksters. Dat is zelfs minder dan het risico van ongeveer 1 glas wijn dagelijks en vergelijkbaar met het risico van obesitas (BMI>30)of bewegingsarmoede of krijgen van eerste kind na je 30e op borstkanker.
  8. Hormoongebruik verhoogt het risico voor borstkanker in zijn algemeenheid, NIET extra voor vrouwen waar borstkanker in de familie voortkomt.

Auteur: Bart van Aken, gynaecoloog, menopauze specialist, Vrouwenklinieken Lelystad